sandragoescuba.reismee.nl

el último

Kleine dienstmededeling: ik heb besloten een tijdje langer in Cuba te blijven. De volle 60 minuten dan nog wel. Na het winteruur in België heeft hetzelfde fenomeen hier dus ook toegeslagen. Mits een weekje vertraging weliswaar. Maar zo gaat het er hier nu eenmaal aan toe: wat rustiger en trager. No stress. Goed nieuws dus, van dat winteruur. Nog beter was geweest dat ze die klok met een paar weken hadden teruggedraaid. Niet dat het gras hier persé groener is (maar de lucht is er nu in elk geval wel blauwer, en de zon 'geler'). Het is in de eerste plaats vooral Genieten. Met een ferme hoofdletter. Dag in, dag uit. De klok rond. Vijfentwintig uur lang zelfs voor deze ene keer.

Genieten van de vluchtige ontmoetingen met de taxichauffeurs en hun traditionele flauwe openingszinnen: Hello, my frien. Where you from? First time Cuba? Op dat laatste vooral ontkennend antwoorden, tenzij je in de ene toeristenval na de andere wil tuimelen.

En de oma-aan-het-fruitkraampje die niet eerder jouw banaan en hand zal lossen nadat ze eerst de helft van haar leven heeft verteld. Mogelijks was het ook een totaal ander verhaal. Geen mens die het weet. Omaatje mankeerde hier en daar wat tanden, dus veel zinnigs kwam er hoedanook al niet meer uit. Lastig wordt het pas als het gesprek eindigt met een vraagteken. Beleefd lachen en knikken blijkt in zo'n geval steeds het correcte antwoord. Ook nu blijkbaar, want plots was ik een banaan rijker. Een hand ook trouwens.

Genieten ook van de vele en soms ellenlange busritten. Het internationale verbroederingsmoment bij uitstek tussen de verschillende gelijkgestemde reizigers, dat steevast wordt afgesloten met een stevige schouderklop, en volgend refrein : 'Bel me, schrijf me, laat me vlug iets weten...'

En uiteraard diezelfde hoofdletter G - ik val in herhaling - bij de verschillende logementen. Je hebt ze in allerhande pluimage, die kotbazen en -madammen. De ene gunt je heel discreet je privacy, maar waakt achter de schermen als een moederkloek over je. De andere is niet eerder content dan wanneer je 's morgens flink je boterhammekes mét korsten hebt opgegeten en 's avonds bij thuiskomst je volledige dag uit de doeken hebt gedaan. En liefst vanal nog je hele leven erbij.

Om maar te zeggen: ergens reis je alleen, maar ben je maar zo vaak alleen als je dat zelf wil. De gulden middenweg blijft nog altijd de perfecte mix voor mij. Tot u spreekt dus een tevreden mens.

Maar goed, intussen zijn we al ruim halverwege, en begin ik al stilaan te transformeren in een Cubaan: stofferig, plakkerig en gezien muggen en vliegen steeds hardnekkiger rondom mij zwermen : met kleren die dringend een badje kunnen gebruiken.

Hoe langer je hier vertoeft, hoe leuker het trouwens wordt de bevolking en hun gewoontes te doorgronden. Zoals het volgende bijvoorbeeld: als je iets wil in Cuba wat wel meer mensen willen (geld wisselen, internetkaart, een crèmeke...) dan staat er soms - of eigenlijk meestal - een behoorlijk lange rij. Of beter: er staat niet echt een rij, maar eerder een hoopje mensen bijeen. Als groen Belgje ga je dan maar achter diegene staan die in jouw ogen het verst verwijderd is van het 'gebeuren', in de hoop dat iemand jouw voorbeeld zal volgen en er uiteindelijk toch iets-van-een-rij zal ontstaan. Intussen maak je een kleine rekensom en concludeert dat met de 5 wachtenden voor je de klus behoorlijk snel zal geklaard zijn. Tot je keer na keer moet vaststellen dat de een na de ander zonder schijnbaar protest van iemand voor je in de rij gaat aanschuiven. Na wat observeren heb je het door. “Wachten en in de rij staan” is een speciale kunst in Cuba. Het werkt als volgt: als je ergens aankomt, dan roep je “El último?” (de laatste?) en iemand steekt zijn hand op. Zodra er iemand achter je aansluit, roept die ook "Último?”, en nu geef jij op jouw beurt aan dat jij dat bent. En voor de rest kan je nu gezellig een taske koffie gaan drinken of een blokje om wandelen. Zolang je maar terug bent voordat degene achter je aan de beurt is, kun je gewoon inschuiven in de rij en je plaats terug opeisen.

Ons ticketjes-systeem dus, maar dan zonder ticketjes. En ook zonder alle bijkomstige ergernissen. Geen redenen om te stressen, want je hebt toch niet het flauwste benul hoeveel wachtenden vóór je in de 'rij' staan. Het kunnen er 5 zijn, maar evengoed ook 20. Maar als je geluk (en ferme haast) hebt komt er een ‘colista’ op je af. Deze staat de hele dag in elke rij die hij kan vinden om zijn plek op het juiste moment te verkopen. Een kleine fooi, en je kan je wachttijd met een half uur verkorten. Zalig toch?

Zo, trouwe lezers. Voor zover deze editie van 'Axelle' in het buitenland. Nu nog 'snel' een internetkaart aanschaffen. Benieuwd hoeveel mensen hier rondom mij met datzelfde plan rondlopen...

Beso!

Reacties

Reacties

guido

Herinner me het liedje van, ik denk, Mama's jasje: Er is een paradijs op aarde. Jij weet ze te vinden. Abraço

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!